De Ragdoll
Groot en zacht, als een lappenpop
Rond 1960 werd in Riverside, ten oosten van Los Angeles, bij Mevr. Pennels een witte poes, Josephine, van het type Turkse Angora geboren. Deze poes werd gekruist met een Heilige Birmaan kater, Daddy Warbucks. Het nest trok de aandacht van de fokster Ann Baker, die met een hoge graad van inteelt verder werkte aan het ras. Op die manier kwam het ras Ragdoll tot stand. Ragdoll (betekent 'lappenpop'), omdat de katten gekarakteriseerd worden door een totale ontspanning met een zwakke spierspanning. Het ras werd in 1965 in de Verenigde Staten erkend. In 1971 richtte A. Baker de International Ragdoll Cat Association (I.R.C.A.) op. In 1969 voerde men in Groot-Brittannië twee Ragdolls van Baker in. Een Britse Ragdoll Club werd in 1987 opgericht. De G.C.C.F. erkende het ras in 1991 en de F.I.Fe in 1992. De Ragdoll verscheen in Duitsland en Frankrijk in respectievelijk 1985 en 1986. In 1993 werd een Franse club opgericht. Omstreeks 1990 kwam de Ragdoll naar Nederland.
Algemene kenmerken: Groot, stevig, krachtig. Gewicht: 4,5 tot 9 kg.
Land van herkomst: Verenigde Staten
Karakter/bijzonderheden: Door zijn rustig, zachtmoedig en volgzaam temperament is deze kat makkelijk in de omgang. Hij houdt niet van drukte en lawaai. Sociaal, hij kan goed samenleven met soortgenoten en honden. Heel vriendelijk, aanhalig, hij houdt absoluut niet van eenzaamheid. Hij past zich perfect aan in een appartement. Niet erg spraakzaam. Pas volgroeid op een leeftijd van drie à vier jaar. Moet regelmatig geborsteld en gekamd worden.
Hoofd: Middelgroot, breed, iets wigvormig met afgeronde zijden. Tussen de oren oogt de schedel vlak. Voorhoofd is lichtjes afgerond. Goed ontwikkelde wangen. Afgeronde, middellange, goed ontwikkelde snuit. Neus met een lichte welving bij de neusbrug. Goed ontwikkelde kin.
Oren: Middelgroot, breed aan de basis, ver uit elkaar staand, ietwat naar voren gericht met afgeronde toppen.
Ogen: Groot, ovaal, lichtjes schuin geplaatst. Zo blauw mogelijk, in harmonie met de vachtkleur.
Hals: Kort en stevig.
Lichaam: Groot, lang, goed gebouwd. Brede, goed ontwikkelde borst. Zware, stevige achterhand. Middelzware botten.
Poten: Middellang met gemiddeld ontwikkelde botten. De achterpoten zijn langer dan de voorpoten. Grote, ronde, compacte voeten met haarpluimpjes tussen de tenen.
Staart: Lang, in verhouding tot het lichaam, vrij breed aan de basis, iets aflopend naar het uiteinde. Weelderig en dicht behaard.
Vacht: Halflang, zacht, zijdeachtig, vlak aanliggend. Wanneer het dier beweegt verspreidt de vacht zich in plukjes. Zeer weelderige kraag.
Kleur: Vier klassieke kleuren (seal, blue, chocolate en lilac) en de nieuwe kleuren red en cream (ook in tabby en tortie). Drie point vachttekeningen: - Colourpoint: het lichaam is lichter dan de extremiteiten (points). - Mitted: eveneens een Siamees patroon maar met witte handschoenen/laarsjes aan alle poten. Witte bles op de neus. Witte kin, borst en onderkant buik. - Bicolour: colourpoint met een uitbreiding van het wit op het gezicht in een omgekeerde V, en vier witte poten. Witte borst en buik. De definitieve kleur wordt pas op tweejarige leeftijd bereikt en wordt met het ouder worden steeds donkerder.
Fouten: Smalle kop. Neus met stop. Grote of kleine, spitse oren. Amandelvormige ogen. Te lange of te fijne hals. Gedrongen lichaam. Smalle borst. Korte poten. Afwezigheid van haren tussen de tenen. Korte staart. Korte vacht. Diskwalificatie: witte vlekken bij de colourpoints; afwezigheid van de witte kin bij de mitted; donkere vlekken in het witte masker bij de bicolours. Een andere oogkleur dan blauw.
Pointkatten hebben een lichte lichaamskleur en donkere "points", dit zijn hun oren, voeten, staart en neus. Pointkatten hebben een warmtegevoelig enzym in hun pigment-cellen in de huid, die hun patroon veroorzaakt. Bij de normale lichaamstemperatuur is de vacht het lichtst, bij de koude punten word het enzym geactiveerd en krijgt een donkere kleur. Omdat het temperatuur gevoelig is worden deze kittens wit geboren. Katten uit een koude omgeving worden donkerder dan katten uit een warme omgeving, alle point katten worden ook donkerder naar mate zij ouder worden.